Thoe Brockel 1189 1262 1322 1324 1390 1395 1404 1405-1 1405-2 1450 1483 1486 1492 1509 1511 1548 1551 1563 1570 1574 1575 1579 1584 1585 1591 1602 Brockel
(up gudenstache neist Sunte
Benedictus daghe in der Vasten) 20 Maart 1584
Berent van
Bevervoirde, Gerdessoen van Berferd,
erkent dat de Heer Anthonius Brockelmann, Abt des Stichts
Sent Ludghers tho Werden van de orde van Sent Benedictus,
hem beleend heeft met twee goederen; het eene geheeten Borkerinck
ende het andere .... .... ...., gelegen in het Cerspel .... ....
...., behoorende tot de Monnickine-Hoff tho Elveter bey Oldenzell,
die voordien toebehoorden aan zijn oom (overleden) Joan
van Berferde, voor welcke beleeninge Johan van
Dairnenborgh genaamd Assenbroick, namens oorconder hulde
ende manschap gedaen heeft, waervoor getuyge waaren Joan
van der Lippen, Kapelaen; ende Goedert van den
Hair genoemd Hetterman, reghter toe Mielhem (Mulheim)
upster Ruyr, lenmannen van de Abt; welcke ackte uppe versoecke
van Berent van Berferde door Joan
Asschenbroicke woerde geseegelt, bij gebrek aan de eigen
zegel van de oorconder.